Zoeken

Sluit zoeken
Magazine

Designer Dialogues: Lucas en Margriet

29 October 2019

Manon Vosters
In BLANK SPACE MAGAZINE, opgezet door de Eindhovense creatieven van Sectie-C, worden creatieve makers door collega’s geportretteerd in hun werkplaats. Wat fascineert, inspireert en drijft ze om te doen wat ze doen? Speciaal voor ddw.nl maakte BLANK SPACE MAGAZINE verkorte versies van de interviews. Deze keer spraken we af met Lucas Maassen en Margriet Craens.

Jullie zijn erg betrokken met de Eindhovense gemeenschap en de Design community, hoe is dat begonnen?

Margriet: Het is eigenlijk begonnen met Josine Beugels en haar idee voor de 70% Bar.

Lucas: Ja precies. Josine had het idee om een 70% bar te maken omdat zij kleine dingen leuk vindt. Ikzelf vond het een goed idee om op de Dutch Design Week dingen eens kleiner te maken en minder te doen. Dat was meteen al een toffe samenwerking tussen iemand die meedoet omdat ze het schattig vindt en de ander vanuit een conceptuele hoek.

Margriet: Josine en ik vonden het altijd leuk om restaurantjes te organiseren en het was nogal een dure atelierruimte om te huren. Dus toen dachten we: ‘als we dan één keer in de twee weken een restaurant organiseren voor de buurt dan kunnen we de huur terug verdienen. Hierdoor waren we vooral bezig met tafels verplaatsen. We hebben de huur wel terug verdient maar verder gebeurde er toen niet zoveel in de studio. Dus we hadden uiteindelijk besloten dat we dit niet meer wilden en toen gingen we het jaar daarna weer een restaurant doen.

Lucas: Ik geef les aan de Fontys kunstacademie in Tilburg en samen met Woody Veneman heb ik vier edities gehouden van de Fontys Factory op de Dutch Design Week. Hiervoor hebben we veel kritische tentoonstellingen over thema’s als kanker of digitaal recyclen met de studenten georganiseerd en daar hebben we allerlei ontwerpers bij gevraagd. Het is een kleine opleiding dus ze hadden niet zoveel geld en ik daardoor niet zoveel lesuren. Toen had ik bedacht om eigen werk te maken samen met studenten. Dan kan ik er meer tijd van mezelf in stoppen, omdat ik er dan ook iets aan kan verdienen, en de studenten kunnen dan in dat proces meegaan. Zo is The Fat Pony ontstaan. Als een nieuw educatief systeem waarin je samen met studenten werkt. Zo kunnen studenten van dichtbij meemaken wat er allemaal in de echte wereld bij komt kijken als je een project wilt doen. Dat was wel heel tof en dat hebben we daarna ook gedaan met WALL STREET. Bij The Fat Pony was het een onderzoek naar paardenvlees en hier bij WALL STREET ging het over economische waarde. De initiële vraag was of we ook geld konden maken in plaats van dingen.

En lukte dat?

Lucas: Ja en nee. We begonnen er mee omdat iedereen maar loopt te roepen dat je altijd honderd euro per uur moet vragen als ontwerper, anders ben je niet realistisch bezig.

Close-up studio Margriet en Lucas
© Manon Vosters

Aan wie dan?

Lucas: Precies. Daarom wilden we geld maken in plaats van dingen. We zijn begonnen met een restaurant waar al het eten gratis is, maar dat was een slecht idee.

Margriet: We hebben niet veel geld gemaakt, maar het was een experiment. We hadden een Spaanse tapas-situatie in ons hoofd, maar we bleken toch echt niet in Spanje te zijn tijdens oktober in Nederland. Mensen begrepen het gratis eten niet. Sommige mensen wilden dan vooral meer en anderen vertrouwden het eten niet.

Lucas: We zijn blijven experimenteren met alternatieve waarde systemen.

Wat heeft WALL STREET jullie gebracht?

Lucas: Ik heb in mijn eigen praktijk kritische dingen gemaakt, maar altijd vanuit mijn eigen studio. Het toffe aan WALL STREET was dat het sociaal was. Je kon werken met mensen die buiten je "bubbel" zitten. Dat vond ik inspirerend aan dit project. Het werken met bijvoorbeeld vluchtelingen, expats en studenten heeft mij het gevoel gegeven dat ik meer in het leven sta en minder in mijn eigen bubbel zit.

We hebben ook geprobeerd de politiek er bij te betrekken. Als ontwerper geef je ook vorm aan de maatschappij door middel van de dingen die je maakt. Ik dacht: ‘kan dat ook met politiek?’. Kan je met een wethouder hier aan de bar zitten en het dan over de maatschappij hebben, net als dat je met je vrienden doet. Politiek is eigenlijk veel beter te bedrijven aan de bar dan in het gemeentehuis. In het begin gebeurde dit ook wel. Ik zat hier met wethouders bier te drinken en ik zag dat als een vorm van ontwerpen.

Close-up studio Margriet en Lucas
© Manon Vosters

Hoe definiëren jullie design?

Lucas: Problemen oplossen, hè. Margriet is eigenlijk kunstenaar en ik probeer al heel lang kunstenaar te worden.

Margriet: Het verschil is heel blurry. In de basis ligt ons conceptuele nadenken wel op één lijn, maar in de uitwerking soms niet. Ik weet niet of dat ligt aan het verschil van discipline of aan het verschil tussen onze karakters.

Waarom had je dan de ambitie om kunstenaar te worden?

Lucas: Ik voel me denk ik gewoon meer kunstenaar dan ontwerper. Ik ben geboren in de verkeerde occupatie. Ik ben een trans-professional.

Close-up studio Margriet en Lucas
© Manon Vosters

Wat trekt jullie zo aan in samenwerkingen? Daar sluit dit wel bij aan. Het zoeken naar wat ben ik, waar zit de grens van mijn discipline en hoe kan ik daar overheen?

Margriet: Ik vind de dialoog interessant. Door met iemand te kunnen pingpongen met gedachtes komt er uiteindelijk iets uit wat je zelf nooit had kunnen bedenken. Ideeën komen in een stroomversnelling. Samen krijg je meer voor elkaar, misschien ook omdat er een druk op staat omdat de ander wat van mij verwacht. Ik merk dat het werken met andere mensen mij ook uit mijn comfort zone haalt. Het trekt mijn eigen ideeën breder.

Lucas: Door het WALL STREET project ben ik heel erg enthousiast geworden over sociale projecten doen. Ik zou nu wel graag weer zoiets willen doen met meer verschillende soorten mensen. Je leeft ook maar zo lang om in je eigen kleine bubbel te blijven zitten.

Hoe documenteren jullie de sociale design experimenten eigenlijk?

Lucas: Nou dat hebben we echt te slecht gedaan en dat is heel jammer. We hebben namelijk wel echt goede dingen gedaan. Maar omdat we zo in de drukte van de dag zitten ga je niet ook nog eens alles voor een witte achtergrond fotograferen. Dat hadden we wel moeten doen.

Margriet: We hadden een huisfotograaf moeten hebben, zodat wij daar geen omkijken naar hadden.

Lucas: Nu gaan we zonder beeldmateriaal ten onder. Dan denkt iedereen over tien jaar: 'WALL STREET, dat was pas vet!'

Het volledige interview met Lucas Maassen is te lezen in de tweede uitgave van BLANK SPACE MAGAZINE. Meer lezen? Volg BLANK SPACE MAGAZINE hier.

Interview: Anne Ligtenberg en Mats Horbach / Fotografie: Manon Vosters / Tekstschrijver: Mats Horbach